- De solvabiliteit en kredietrating van de aannemer/ontwikkelaar blijft positief:
Het balanstotaal blijft in evenwicht doordat de actiefzijde niet wordt verzwaard door het aankoopbedrag van de projectgrond, evenmin als de passiefzijde aangezien er geen grondfinanciering dient geboekt te worden.
- Rentabiliteitsverhoging op eigen middelen van aannemer/ontwikkelaar:
Met minder eigen vermogen kunnen er meerdere en/of grotere projecten gelijktijdig worden gerealiseerd. De eigen middelen blijven minder lang geblokkeerd in één project. Kredietlijnen worden vrijgehouden voor de constructiefinanciering.
- Fiscaal voordeel op de betaalde opstalvergoeding:
De betaalde opstalvergoeding wordt geboekt als kost op de 61-rekening van de resultatenrekening. Ze wordt niet geactiveerd op de balans in tegenstelling tot projectkosten. Dit heeft een direct gunstige impact op de vennootschapsbelasting.
- Financiële instellingen leggen steeds hogere voorwaarden op voor het financieren van projecten:
- Banken eisen steeds hogere eigen financiële inspanningen bij de aankoop van een projectgrond. Hierdoor worden de eigen middelen voor langere termijn geblokkeerd en remt dit de groei van uw onderneming.
- Banken vragen steeds een hogere voorverkoop. Dit werkt vertagend op het projectverloop.
- Bovendien eisen banken vaak dat de ingebrachte eigen middelen aanwezig blijven tot aan het moment dat er geen kredieten meer zijn (garanties wet Breyne en alle financieringen). Deze langdurig geblokkeerde eigen middelen in projectgronden verhogen de schuldratio op de balans en verlagen de solvabiliteit en kredietrating aanzienlijk.